Als startactiviteit gaan we boodschappen doen in de supermarkt naast de school. Elk groepje heeft zijn eigen boodschappenlijstje en geld om af te rekenen.
In de klas bespreken wat de kinderen hebben gezien, gedaan en gekocht. Van de ingrediënten maken we een heerlijke fruitsalade met Turkse yoghurt.
In de middag maken ze direct plannen om een supermarkt in onze themahoek te maken. Missie geslaagd!
De supermarkt inrichten
We maken plannen over hoe de supermarkt eruit moet komen te zien. De kinderen sommen op wat we nodig hebben: een kassa, schappen, producten, een lopende band.
De kinderen beslissen dat ze lege verpakkingen gaan sparen. Twee leerlingen schrijven hiervoor een briefje aan de ouders. Ik vertel dat ik lege dozen heb, die we kunnen gebruiken voor de schappen. Een leerling haakt direct in: hij heeft thuis kartonschroeven, zo kunnen we de dozen aan elkaar bevestigen en wordt het stevig. Wat een betrokkenheid en samenwerking. Weer een ander heeft thuis een kassa en neemt deze mee naar school.
Meteen de volgende dag hebben de kinderen allerlei lege verpakkingen mee. We zetten de schappen in elkaar en vullen de supermarkt met producten. Het spel kan beginnen.
Producten sorteren en labelen van de schappen
Als snel ervaren de kinderen dat het lastig is, dat producten niet goed te vinden zijn. We sorteren de producten en hangen namen bij de schappen. Zo kunnen de producten elke keer op de goede plek worden terug gezet.
Boodschappenlijstjes schrijven
In het begin manipuleren de leerlingen vooral. Ze kopen de hele supermarkt leeg en brengen de producten daarna weer terug. Om het spel meer richting te geven, ga ik in de huishoek boodschappenlijstjes met de leerlingen schrijven. Ze denken na over wat ze willen kopen. Dit schrijven ze op hun eigen manier op; sommige kinderen krabbelen, sommige leerlingen schrijven al echt.
Afrekenen
De leerlingen merken al snel op; de producten moeten geprijsd worden. We beslissen de getallen 1, 2, 3 en 4 te gebruiken, zodat we straks ook echt kunnen afrekenen.
Na het prijzen laat ik de leerlingen eerst zelf ontdekken hoe ze kunnen afrekenen. Ze beginnen met experimenteren. De goede rekenaars rekenen als snel uit hun hoofd uit wat de klant moet betalen.
Om het echt afrekenen te stimuleren bekijken de leerlingen in tweetallen echte bonnetjes. Wat staat erop? Hoe ziet het eruit? In de supermarkt voeg ik repen wit papier toe, waar bonnetjes van geschreven kunnen worden. Ook plaats ik er een rekenrekje uit groep 3 bij. In kleine groepjes leer ik de leerlingen hoe ze echt kunnen uitrekenen wat de klant moet betalen en schrijven we bonnen. Het spel wordt zo steeds echter en de leerlingen leren enorm veel.
Ik wil vooral laten zien hoe de kinderen vanuit het spel leren. Maar natuurlijk doen we ook andere activiteiten. Hieronder een overzicht van een aantal andere activiteiten die we deden gedurende dit thema.
Verteltafel de papawinkel
We maken van papiermache de figuren uit het boek 'de papawinkel'. Ook verzamelen we de andere materialen. We lezen en spelen het verhaal na op verschillende niveaus.
Staafdiagram
Naar aanleiding van het boek bekijken we welke papa uit het boek onze favoriet is. Hier maken we een staafdiagram van, deze hangen we bij de tafel.
Bouwen
Op verschillende manieren bouwen de leerlingen supermarkten. Sommige kinderen bouwen de schappen omhoog. Deze leerlingen maken het meer als een plattegrond, van de duplo maakten ze boodschappenwagentjes.
Schrijftafel
Bij de schrijftafel leg ik boodschappenlijstjes en bonusboekjes van supermarkten. De leerlingen kunnen op hun eigen niveau boodschappenlijstjes schrijven.